Jaarstukken 2020
portal

Domeinen

Bestuur, Dienstverlening en Bedrijfsvoering

Beschrijving doel 10.1.1 We voeren een solide financieel beleid (tekst uit Begroting 2020)

Een financieel gezonde gemeente willen wij bereiken door een solide financieel beleid. Daaronder verstaan wij het alert kunnen reageren op veranderingen in de samenleving en de financiële positie van de gemeente. Via de halfjaarlijkse actualisering van ons financieel meerjarenperspectief en de risico-inventarisatie beoordelen wij of bijsturing van de begroting noodzakelijk is en / of het weerstandsvermogen op orde is. De mate van kostendekkendheid van de tarieven is onderdeel van de jaarlijks uit te brengen tarievennota. De hoogte van de algemene dekkingsmiddelen is voor een belangrijk deel afhankelijk van de ontwikkeling van het gemeentefonds. Een hogere of lagere gemeentefondsuitkering heeft direct invloed op het financieel meerjarenperspectief. Indien een verlaging leidt tot een tekort op het meerjarenperspectief dan zullen maatregelen worden voorgesteld om het tekort zo spoedig mogelijk te herstellen. Indien sprake is van een voordeel op de algemene middelen dan zullen wij met voorstellen komen hoe dit voordeel in lijn met onze financiële uitgangspunten en ambities in te zetten. Het financieel beleid aangaande lokale heffingen, financiering, verbonden partijen, weerstandsvermogen/ risico’s en grondbeleid is nader uitgewerkt in de verplichte paragrafen.

Toelichting op realisatie doel

In 2020 is uitvoering gegeven aan een solide financieel beleid. Niet alleen aan de jaarschijf 2020, maar ook via de afwegingen die gemaakt zijn bij de Begroting 2021. De meerjarenraming zoals vastgesteld bij de begroting 2021 is structureel sluitend en het weerstandsvermogen is van voldoende niveau. Om ons voor te bereiden op de toekomstige investeringsvraag over de gewenste strategische fysieke ontwikkelingen in de stad (onder andere door de groei van de stad) is in 2020 een verkenning begonnen of een Strategische Investeringsagenda met een bijbehorend Investeringsfonds helpend is om ruime in het financieel perspectief te creëren voor deze investeringen.  Begin 2021 vindt hierover verdere verkenning met de Raad plaats.
2020 is ook in financieel opzicht een bijzonder jaar geweest vanwege de coronacrisis en de getroffen maatregelen om het coronavirus te bestrijden. Via het monitoren van de begrotingsposten was er goed zicht op de meerkosten en gederfde inkomsten en de daarvoor ontvangen rijkscompensatie. Wel zien we dat de jeugduitgaven toenemen, mede naar aanleiding van corona. De doorwerking van deze toename naar latere jaren wordt geanalyseerd, evenals het mogelijk effect op de ingeboekte besparingen op de jeugduitgaven.
Een andere belangrijke risicopost is het rijksbeleid en met name op het vlak van het gemeentefonds. Vanwege corona heeft het kabinet na afstemming met de VNG besloten het accres van het gemeentefonds voor 2020 en 2021 te bevriezen, hiermee is een groot deel van het risico op het gemeentefonds beperkt. De voor 2022 geplande herverdeling van het Gemeentefonds is met één jaar uitgesteld tot 2023. De nieuwe verdeling zal zo veel mogelijk op basis van een objectieve verdeling plaatsvinden (nu nog grotendeels op basis van historische kosten). De nieuwe verdeling zal tot (grote) herverdeeleffecten tussen de gemeenten leiden.  Inmiddels zijn de eerste voorlopige uitkomsten van de herijking bekend gemaakt en is het voorstel door het kabinet voor advies aan de Raad van Openbaar Bestuur voorgelegd. Daarna volgt consultatie door de gemeenten. Op basis van de eerste uitkomsten komt Zwolle er licht voordelig uit. Het definitieve besluit over de herijking is aan het nieuwe kabinet.
Bij de lokale heffingen zien we dat bij het product afval externe kostenstijgingen de exploitatie onder druk zet. Bij de begroting 2021 is besloten het Zwols belonen in te voeren, besparende maatregelen in te voeren en een toevoeging van € 3 miljoen aan de voorziening afval te doen om de afvalexploitatie voor de komende jaren weer richting een positieve exploitatie te brengen.

Criteria (tekst uit begroting 2020)

We voeren een solide financieel beleid, zodanig dat:

  • Beleidsintensiveringen in eerste instantie binnen de bestaande kaders gevonden dienen te worden.
  • Het weerstandsvermogen om risico’s op te vangen is op peil. In de nota risicomanagement en weerstandsvermogen (november 2018) is een normratio van 0,8 afgesproken als weerstandsvermogen om de geïnventariseerde risico's op te vangen.
  • De risico’s van deelnemingen in verbonden partijen beheersbaar zijn.
  • Financiële meevallers zetten wij ten eerste in voor het versterken van het weerstandsvermogen (indien nodig) en ten tweede voor investeringen / ontwikkelingen in de stad.
  • Investeringen integraal worden afgewogen bij de Perspectiefnota.
  • Tarieven in principe kostendekkend zijn.
  • De totale woonlasten stijgen met maximaal het inflatiepercentage.
  • Het financieringsbeleid erop is gericht de rentekosten te beheersen en te verlagen en de daarmee samenhangende risico’s te beperken (de renterisiconorm ligt op 20% of lager).

Kaderstellende nota('s)

Niet van toepassing

Portefeuillehouder(s)

Dorrit de Jong

Activiteiten (tekst uit Begroting 2020)

Gemeentefondsuitkeringen
Het gemeentefonds is de grootste inkomstenbron van de gemeenten en wordt door het rijk aan de gemeenten verstrekt. De ontwikkeling ervan bepaalt daarom in belangrijke mate de financiële ruimte voor de gemeente.
Gemeenten ontvangen op drie tijdstippen in het jaar de informatie over de gemeentefondsuitkeringen: in mei op basis van de Voorjaarsnota, in september op basis van de Miljoenennota en in december, ter afronding van het lopende jaar, op basis van de Najaarsnota van het rijk.
Binnen het gemeentefonds worden de volgende soorten uitkeringen onderscheiden:

  • Algemene uitkering: Dit betreft de uitkering aan alle gemeenten, die ten goede komt aan de algemene middelen van de gemeenten.
  • Integratie-uitkeringen: Een integratie-uitkering wordt toegepast als overheveling van rijksbudget naar de gemeenten voor een bepaalde taak niet aansluit bij de bestaande verdeling van de algemene uitkering. De integratie-uitkering voorziet dan veelal in een geleidelijke overgang naar de algemene uitkering.
  • Decentralisatie-uitkeringen:  De verdeling van de decentralisatie-uitkering volgt, net als de integratie-uitkering, evenmin de regels van de verdeling van de algemene uitkering van het Gemeentefonds. Anders dan bij de integratie-uitkering, waar de termijn van overheveling naar de algemene uitkering van tevoren vaststaat, ontbreekt bij de decentralisatie-uitkering een dergelijke termijn. Dat maakt de uitkering geschikt voor de overheveling van specifieke uitkeringen, ook als die termijn nog niet bekend is. Ook maakt het de uitkering geschikt voor middelen die slechts tijdelijk beschikbaar zijn of middelen die slechts aan één of niet alle gemeenten beschikbaar wordt gesteld.

Bovenstaande uitkeringen hebben allen het karakter van vrij besteedbare middelen. Echter de decentralisatie-uitkeringen bestaan uit een zeer divers scala aan uitkeringen (voorheen specifieke- of doeluitkeringen) en kunnen in bepaalde gevallen gebaseerd zijn op prestatieafspraken en zijn daarmee minder of niet vrijblijvend. Ook ontvangt Zwolle enkele decentralisatie-uitkeringen uit hoofde van centrumgemeenten.
De inkomsten via het gemeentefonds zijn in 2020 geraamd op € 314 miljoen en omvat daarmee meer dan de helft (55%) van de gemeentelijke inkomsten. Over de uitkomsten van de mei- en septembercirculaire bent u als raad via afzonderlijke informatienota’s geïnformeerd. De effecten van deze circulaires zijn in de begroting verwerkt.
De ontwikkeling van het gemeentefonds is één van de grootste risico’s binnen de begroting. Deels omdat de omvang van het fonds gekoppeld is aan de rijksuitgaven volgens de trap op trap af normeringssystematiek (accres), anderzijds door de afhankelijkheid van ontwikkelingen in andere gemeenten, zoals de verdeelsystematiek en de onderbenutting van het btw-compensatiefonds.
Daarnaast vindt de komende jaren een evaluatie plaats van de verdeelmodellen sociaal domein en een heroverweging van de financiële verhoudingen, die moeten uitmonden in een herschikking van de middelen ingaande 2021. Hierbij is het risico op herverdeeleffecten reëel aanwezig.

Gemeentelijke belastingen:
Onder de algemene dekkingsmiddelen vallen de heffing en  invordering van een aantal gemeentelijke belastingen (OZB, baatbelasting, toeristenbelasting, en precariobelasting).  De totaalopbrengst bedraagt ca. € 43 miljoen  en is voor 98% toe te schrijven aan de OZB.  De parkeerbelastingen zijn onder programma 6 verantwoord.

Tarievenbeleid:
Het tarievenbeleid is opgenomen in de verplichte paragraaf lokale heffingen en de tarievennota 2020. In 2020 stijgt het OZB tarief  voor woningen en niet-woningen met een inflatiepercentage van 2,2%.  De precariobelasting is eveneens met 2,2% verhoogd. Het tarief voor de toeristenbelasting wordt conform besluitvorming bij de Perspectiefnota 2020-2023 gefaseerd extra verhoogd.

Uitvoering Wet WOZ en heffingen en innen van lokale belastingen:
De uitvoering van de Wet WOZ en de heffing en inning en kwijtschelding van de OZB en overige heffingen (afvalstoffen en riool) is sinds 2014 belegd bij de gemeenschappelijke regeling GBLT. Via het document "reis naar de toekomst" werkt GBLT verder aan haar dienstverlening. In 2020 is de planning dat de WOZ-objecten in Zwolle overgezet zullen worden van m3 naar m2 ( van inhoud naar oppervlakte) zodat de aanslagen 2021 o.b.v. m2 zullen zijn.
In 2020 wordt het nieuwe belastingsysteem ingericht en in gebruik genomen, inclusief de verworvenheden van het proces- en ketengericht werken met gegevensbeheer.
De Logistiek in de organisatie verschuift van productiegericht naar klantgericht. Het denken en doen wordt daarbij meer en meer bepaald door data en deskundigheid op informatiegebied.
In 2019 vindt een strategische consultatie plaats over de toekomst van GBLT. In 2020 worden de randvoorwaarden ingevuld om een nieuwe samenwerkingsstrategie mogelijk te maken.

Woonlastenontwikkeling:
De gemiddelde woonlasten (OZB, afvalstoffenheffing en rioolrechten) stijgen in 2020 met 2,2%. In de verplichte paragraaf lokale heffingen en de tarievennota is een verdere toelichting opgenomen.

Dividenden:
De gemeente ontvangt dividenden (winstuitkeringen) vanwege haar deelname in de volgende organisaties: Bank van Nederlandse gemeenten, Enexis, Vitens, Rova, Wadinko. De verwachte opbrengst is € 1,3 miljoen. De bovenstaande deelnemingen vallen onder het begrip verbonden partijen en zijn nader toegelicht in de verplichte paragraaf verbonden partijen

Renteresultaat / financieringsfunctie:
In de verplichte paragraaf financiering wordt de financieringsfunctie, het aantrekken van geldleningen, de rentekosten etcetera, uitgebreid toegelicht. Het renteresultaat van de financiering wordt op het programma algemene dekkingsmiddelen geraamd en verantwoord en bedraagt voor 2020 € 1,2 miljoen.
Met ingang van 2017 is de vernieuwde wetgeving omtrent de interne rente toerekeningsystematiek van kracht. Het gevolg van de wijziging is dat de thans gehanteerde berekening van de omslagrente (de rente die intern wordt doorbelast aan de verschillende begrotingsonderdelen) anders moet worden bepaald. De rente toerekening aan de grondexploitaties wordt gelijkgesteld aan de fiscaal toegestane rentetoerekening aan de grondexploitaties in het kader van de vennootschapsbelasting en de berekening van de omslagrente is de resultante van de totaal te betalen rente minus toerekening aan grondexploitaties en minus rente die direct gekoppeld is aan een project.
Als onderdeel van de financieringsfunctie worden ook de rentelasten en baten betreffende verstrekte geldleningen op dit programma geraamd. Dit betreft onder andere de in het verleden verstrekte geldleningen aan de woningbouwcorporaties. De leningen worden in de komende jaren verder afgebouwd.

Vennootschapsbelasting:
De wet modernisering vennootschapsbelasting overheidsbedrijven (Vpb) leidt ertoe dat overheidsinstellingen vanaf 2016 voor ondernemingsactiviteiten belastingplichtig zijn voor de vennootschapsbelasting. Voor Zwolle vallen de grondexploitatie en het slagboom parkeren onder deze belastingplicht. Als gevolg van de positieve ontwikkelingen op de grondexploitaties verwachten we vennootschapsbelasting te moeten betalen, voorlopig ingeschat op € 0,15 miljoen.  

Post onvoorzien:
In het Besluit Begroting en Verantwoording is vastgelegd dat iedere gemeente een post onvoorzien in haar begroting moet opnemen. De post onvoorzien (incidenteel) ramen wij op € 0,5 miljoen. en maakt onderdeel van het weerstandsvermogen. Zie de verplichte paragraaf weerstandsvermogen en risico's.

Concern brede stelposten:
Daarnaast worden de concern brede stelposten hier begroot. Het gaat om posten waarvan de toedeling naar de programma’s nog plaats moet vinden. De volgende stelposten zijn geraamd:

  • Behoedzaamheidsmarge transformatieopbrengsten sociaal domein € 2,0 miljoen in 2020, oplopend naar € 2,5 miljoen vanaf 2021.
  • De stelpost volume-ontwikkelingen in de Wmo- en jeugduitgaven is in 2020 toegedeeld aan de Wmo-verstrekkingen en jeugd. Na 2020 houden rekening met een stelpost van € 1,3 miljoen per jaar cumulatief.
  • Voor de aanzuigende werking op de zorgkosten vanwege de invoering van het abonnementstarief eigen bijdrage is de stelpost ad € 0,6 miljoen in 2020 volledig toegedeeld aan de Wmo-verstrekkingen. Voor ontwikkelingen na 2020 is € 0,4 miljoen beschikbaar.
  • De van het Rijk ontvangen middelen van armoede en schulden (meicirculaire 2018) zijn voor € 167.000 op de stelpost geparkeerd. De subsidiebijdragen in 2020 aan de Voedselbank komt ten laste van deze stelpost.
  • Voor uitwerking van het CAO-akkoord ramen wij een stelpost van € 400.000 in 2020, oplopend naar € 825.000 vanaf 2021.
  • Op de concernstelpost zijn diverse ontvangsten via het gemeentefonds geparkeerd in afwachting van nadere bestedingsvoorstellen, zoals: verhoging leeftijdsrenzen gezinshuizen (€ 54.000), invoering WvGGZ (€ 155.000), Landelijke voorziening vreemdelingen (€ 74.000), verhoging taalniveau statushouders (€ 147.000) en kwaliteit kinderopvang (€ 107.000 en donorwet € 23.000).
  • Voor bekostiging onderhoudslasten bij inbreidingslocaties resteert een stelpost van € 35.000.

Reserve verrekeningen
Algemene verrekeningen met de concernreserves worden via het programma algemene dekkingsmiddelen geraamd. Specifieke stortingen / onttrekkingen aan reserves voor programma-uitgaven worden direct op het betreffende programma geraamd. In 2020 is een onttrekking uit de reserve incidentele bestedingen geraamd van € 1.400.000, die voor € 0,5 miljoen betrekking heeft op de gefaseerde ingroei van de bezuiniging op inwonersondersteuning conform besluitvoering bij de Perspectiefnota 2018 - 2021 en € 0,9 miljoen ter dekking van de doorwerking van het tekort op jeugd conform Perspectiefnota 2020 - 2023.

Bezuinigingsstelpost beheer openbare ruimte
Er staat in de begroting al een jaar of zeven een bezuinigingsstelpost ad € 76.000 die niet ingevuld kan worden omdat het werkveld waar de bezuiniging betrekking op had, in 2012 is uitgeplaatst naar ROVA. Uitkomst van de besprekingen met ROVA was dat de bezuinigingsopdracht op het onderdeel Uitvoering groenonderhoud niet doorgezet kon worden naar ROVA. In 2012 is verzuimd om dit vervolgens formeel te regelen. De te realiseren stelpost staat op programma 10 en heeft betrekking op doel 7.1.3 (zie ook bestedingsvoorstel 10).

Toelichting realisatie activiteiten

Gemeentefondsuitkeringen
Via de informatienota's over mei-, september- en decembercirculaire hebben wij u over de ontwikkelingen aangaande het gemeentefonds geïnformeerd. De uitkeringen via het gemeentefonds zijn in 2020 met € 29 miljoen toegenomen tot € 332 miljoen. Onderdeel van deze toename is de compensatie voor de nadelige gevolgen van de coronamaatregelen van circa € 10 miljoen  in 2020. Daarnaast heeft het Rijk een aanvullend compensatiepakket over 2020 aangekondigd, waarvan de verdeling over de gemeenten nog niet bekend is en waarvan de uitkering in 2021 zal plaatsvinden. Het gaat om de volgende compensatiemaatregelen:

  • Compensatie inkomstenderving na 1 juni.
  • Extra beschikbaar voor Inkomstenderving.
  • Afvalinzameling.
  • Zwembaden en ijsbanen.
  • Verlenging steun sportverenigingen (1 okt t/m 31 dec).

Omdat er ten tijde van het opmaken van de jaarrekening 2020 het te verwachten compensatiebedrag niet nauwkeurig, betrouwbaar en in omvang is vast te stellen vindt de verantwoording van deze compensatie in de jaarrekening van 2021 plaats. Dit conform de richtlijn die landelijk is verstrekt door het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV).

In 2020 ontvingen we € 204 miljoen via de algemene uitkering, € 101 miljoen via vier integratie-uitkeringen en  € 27 miljoen via 21 decentralisatie-uitkeringen. Hoewel de decentralisatie-uitkeringen, evenals de algemene- en integratie-uitkeringen, vrij inzetbaar zijn worden de gelden ingezet voor het doel waarvoor ze zijn ontvangen.

Risico’s algemene uitkering gemeentefonds
In 2020 is landelijk onderzoek naar een herverdeling van het gemeentefonds afgerond. Begin 2021 zijn de onderzoeksresultaten en het verdelingsvoorstel door het Rijk aan de Raad van Openbaar Bestuur (ROB) voorgelegd om haar advies over de herverdeling te geven. Medio april 2021 wordt het advies van de de ROB verwacht, daarna worden de uitkomsten ter consultatie aan de gemeenten voorgelegd. Het nieuwe kabinet beslist over de definitieve herverdeling die per 1 januari 2023 zal ingaan. De herverdeling omvat nagenoeg het gehele Gemeentefonds (sociaal, klassiek en beschermd wonen. De eerste voorlopige uitkomsten laten zien dat Zwolle licht positief scoort. Echter de uitkomsten zijn nog gebaseerd op de rekeningcijfers 2017 en worden in april/mei geactualiseerd en ook is het niet ondenkbaar dat de ROB met adviezen komt om wezenlijke structuuraanpassingen in de verdeling net iets anders te doen.  

Tarievenbeleid
Ten opzichte van de Begroting 2020 zijn geen aanpassingen op de tarieven doorgevoerd.

Dividend
Vanwege de coronacrisis heeft de Europese Centrale Bank en de Bank de Nederlandse Bank het dringende advies gegeven het dividend over 2019 niet in 2020 uit te betalen. BNG Bank heeft besloten gebruik te maken van de ruimte die de ECB heeft geboden en een bedrag van circa € 25 miljoen aan dividend over 2019 uitkeren. Het precieze bedrag zal op 15 maart 2021 worden bekendgemaakt en op 19 maart 2021 worden uitgekeerd.
Het resterende bedrag (€ 46 miljoen) blijft gereserveerd voor uitkering. De uitkering van dit restant zal op basis van de ECB-aanbeveling niet vóór 30 september 2021 plaatsvinden en is onderworpen aan mogelijke toekomstige aanbevelingen van de ECB.
In de jaarrekening 2020 is het volledige dividendbedrag als nog te ontvangen opgenomen.

WOZ
Ondanks corona is de aanslagoplegging en invordering volgens plan verlopen. Het debiteurensaldo is zelf weer iets afgenomen in vergelijking tot vorig jaar. De gevolgen voor corona zijn voor de opbrengsten OZB, afval en riool beperkt te noemen. In de eerste lockdown heeft GBLT in overleg met haar deelnemers direct maatregelen getroffen om bedrijven uitstel van betaling te verlenen. In september is de invordering weer gestart en een beperkt aantal bedrijven vroeg vervolgens om maatwerk en daar is door GBLT in voorzien. Wat de impact zal zijn van de faillissementsgolf die wordt verwacht als de steunmaatregelen van het Rijk aflopen, met name in de horeca en de detailhandel, is voor nu lastig in te schatten.
De service aan klanten verliep ondanks de bijzondere omstandigheden goed, de bereikbaarheid was met 91% maar 1% lager dan vorig jaar, dit ondanks dat het aantal telefonische klantreacties, in tegenstelling tot de planning, met bijna 4% steeg.  Het aantal digitale contacten nam met 12% toe. De projectgroep klantreis heeft diverse acties binnen de servicebeloften met de hoogste prioriteit uitgewerkt zoals het verankeren van taalniveau B1 in de werkwijzen en het introduceren van webformulieren.  
Planning was om te beginnen met sociaal incasseren. De beoogde werkwijze gaat uit van contact aan huis bij burgers met langdurige betaalproblemen. De uitvoering is door corona stilgevallen. De tweede pilot kosteloze betalingsherinnering onder 10.000 klanten is wel uitgevoerd. Vanaf 2021 zal dit breder worden ingezet.
Ook de innovatie en samenwerking met externe partijen stond door corona op een lager pitje. De belastingapplicatie is wel vernieuwd door een scala aan verbeteringen te testen en in gebruik te nemen. Vernieuwingen in het gebruik van basisadministraties zijn wel doorgegaan. Data-uitwisseling met het handelsregister en de LV-WOZ is landelijk uitgelopen naar 2021.
GBLT heeft van de waarderingskamer de kwalificatie “goed” ontvangen. Deze vierde ster is de bekroning op de meerjarige inspanningen om de kwaliteit te verbeteren en vast te houden. Dat blijft topprioriteit. Steeds meer burgers maken bezwaar tegen de WOZ-waarde. Dat is een landelijke ontwikkeling met nadelige gevolgen die ook bij GBLT voelbaar is.  Daarom is GBLT eind 2020 begonnen met de voorbereidingen van “snelbezwaar”. Burgers kunnen in 2021 eerst contact opnemen met GBLT als zij vragen hebben of het niet eens zijn met hun aanslag. Mochten ze er met GBLT alsnog niet uitkomen kunnen zij alsnog officieel bezwaar maken. Dit is een goede stap in de communicatie met onze burgers en bedrijven.

Concernstelposten
De concernstelpost behoedzaamheidsmarge sociaal domein (€ 2 miljoen) is bij de tweede Berap geheel vrijgevallen aan de algemene middelen.

Vennootschapsbelasting
De Belastingdienst moet de openingsbalans per 1-1-2016 en de jaarresultaten voor wat betreft de ondernemersactiviteiten nog definitief vaststellen. Over de jaren 2016 tot en met 2018 is inmiddels definitieve aangifte gedaan. De Belastingdienst is inmiddels akkoord met de door de gemeente aangedragen argumenten over de waardevaststelling van de openingsbalans per 1-1-2016, maar over de toe te passen rentecomponent werkt de Belastingdienst nog aan een landelijke regel. Het gevolg van deze ontwikkeling is de verschuldigde vennootschapsbelasting behoorlijk lager wordt en hiermee ook de opgenomen risicopost in de risicoparagraaf lager kan worden gesteld.

Financieel overzicht doel

In onderstaand overzicht wordt op doelniveau de volgende informatie gepresenteerd:

  • De totaalbedragen die door de raad beschikbaar zijn gesteld voor 2020, opgedeeld naar:
    • Vastgestelde begroting 
    • Begrote kredieten die in 2020 via exploitatie worden verantwoord
    • Vastgestelde begrotingswijzigingen
  • De jaarrekeningcijfers
  • Het voordelige (+) of nadelige (-) resultaat ten opzichte van de begrote bedragen

Baten en lasten

Lasten

Baten

Toevoeging aan reserves

Onttrekking aan reserves

Saldo

Vastgestelde begroting

4.814.268

359.053.460

617.672

12.760.939

+ mutaties projecten

0

0

0

0

+ begrotingswijzigingen

-1.127.824

16.016.450

46.744.420

42.097.100

Begroting t/m december

3.686.444

375.069.910

47.362.092

54.858.039

- Jaarrekening

2.583.421

379.039.592

60.232.684

55.662.880

Programma 10

1.103.023

3.969.682

-12.870.592

804.841

Saldo

-6.993.046

Specificatie

Specificatie

Vastgestelde begroting

Begrotings- mutaties

Begroting tot en met december

Jaarrekening

Saldo

Overige baten en lasten

-2.406.228

2.052.617

-353.611

24.427

378.038

Algemene uitkeringen

313.041.547

16.140.000

329.181.547

332.260.179

3.078.632

Reservemutaties

12.143.267

-4.947.319

7.195.948

-4.818.490

-12.014.437

Saldo financieringspositie

1.138.078

-1.020.825

117.253

110.180

-7.073

Lokale heffingen

41.790.846

446.519

42.237.365

43.342.471

1.105.106

Heffing vennootschapsbelasting

-152.100

0

-152.100

-142.992

9.108

Dividend

1.327.049

-179.000

1.148.049

1.110.591

-37.458

Onvoorzien

-500.000

4.963

-495.037

0

495.037

Saldo

366.382.459

12.496.954

378.879.413

371.886.367

-6.993.047

Financiële toelichting activiteiten (verschillenanalyse)

De lasten en de baten laten een voordelig saldo zien van € 1.103.023 en € 3.969.682. Omdat er echter € 12.870.592 meer wordt toegevoegd aan de reserves en € 804.841 meer onttrokken wordt uit de reserves ontstaat een nadelig resultaat van € 6.993.046.

Voordelig saldo gemeentefondsuitkeringen (voordeel baten € 3.078.000)
Het voordeel op de gemeentefondsuitkeringen wordt grotendeels verklaard door extra inkomsten bij de decembercirculaire van € 1,65 miljoen. Daarnaast zorgen actuele gegevens over de verdeelmaatstaven voor een voordeel van € 1,1 miljoen. De uitkering vrouwenopvang is € 0,2 miljoen hoger dan geraamd. Deze hogere uitkering vrouwenopvang is onder programma 3 toegedeeld aan de deelnemende gemeenten van het samenwerkingsverband vrouwenopvang. Daarnaast hebben wij € 0,1 miljoen ontvangen in het kader van de bommenregeling.
De middelen voor 2020 vanuit de decembercirculaire worden als bate ontvangen op doel 10.1.1. De kosten in 2020 of reserveringen van deze middelen voor 2021 worden echter verantwoord op de diverse doelen binnen de jaarrekening. Dit betekent dat deze ontvangen middelen op programma 10 vrijvallen en een voordelig resultaat geven. Hier tegenover staat dat op de diverse doelen hogere kosten of toevoegingen worden gedaan aan de reserves waardoor daar een nadelig resultaat ontstaat.  Dit betreft de uitkering voor re-integratie van € 358.000 (doel 2.2.1) en de regionale uitkeringen die Zwolle als centrumgemeente ontvangt voor vrouwenopvang € 170.000 (doel 3.1.2), crisisdienstverlening € 433.000 (doel 2.2.1) en beschermd wonen € 229.000 (doel 3.3.2). Voor nadere informatie over de uitkomsten decembercirculaire gemeentefonds 2020 wordt verwezen naar de informatienota hierover aan de raad.

Voordelig saldo Lokale heffingen van € 1.105.000 (voordeel lasten € 237.600 / voordeel baten € 867.400)

  • Het voordeel bij lokale heffingen wordt voor het grootste gedeelte (€ 766.000) veroorzaakt door hogere OZB opbrengsten. Dit voordeel doet zich nagenoeg volledig voor bij de niet-woningen. Het bezwaar valt lager uit dan eerder ingeschat en de leegstand is verder afgenomen door intensieve controles. Deze voordelen hebben betrekking op de jaren 2018 t/m 2020.
  • GBLT heeft over 2020 hogere invorder opbrengsten en lagere uitvoeringskosten waardoor er een voordeel ontstaat van € 88.000.
  • Precario en toeristenbelasting samen laten een klein voordeel zien van € 22.000.  
  • Ondanks Corona en een hoger bedrag dat is aangeslagen staat er een lager bedrag aan vorderingen open dan eind 2019. Ook door aanscherping van de externe deurwaarderswerkzaamheden neemt het percentage oninbaar momenteel af. Hierdoor kan een gedeelte van de voorziening dubieuze debiteuren vrijvallen waardoor er een voordeel ontstaat van € 229.000. Verwachting is wel dat door Corona het percentage oninbaar weer zal toenemen de komende jaren.

Voordelig saldo overige baten en lasten (voordeel lasten € 415.400 / voordeel baten € 24.000)

  • De begrote stelposten van € 374.000 vallen vrij.  Dit betreft met name de ontvangen decentralisatie uitkeringen vanuit de meidcirculaire voor wet inburgering van € 253.000 en maatschappelijke begeleiding statushouders van € 97.000.  Tegenover de vrijval op dit doel staat een nadelig resultaat op doel 2.2.1. Op doel 2.2.1 zijn de kosten voor wet inburgering verantwoord die op de stelpost onder doel 10.1.1 waren begroot. Voor statushouders zijn de hier vrijvallende middelen op doel 2.2.1 gereserveerd in de reserve nutvw-sociaal ten behoeve van de uitvoering in 2021.
  • Voor het onderzoek fonds bovenwijks waren de lasten € 51.000 lager. Dit onderzoek loopt door in 2021, waardoor eenzelfde bedrag is toegevoegd aan de reserve nutvw-bestuur en organisatie.
  • Daarnaast zijn er kleine verschillen van € 10.000 nadelig op de lasten en € 24.000 voordelig op de baten. Dit betreft diverse kleine afwijkingen die niet verder worden toegelicht.  

Voordelig saldo onvoorzien  (voordeel lasten € 450.000)
De post onvoorzien van € 500.000 is voor € 50.000 aangesproken voor jeugdactiviteiten in de kerstvakantie. Het restant is niet ingezet waardoor een voordelig resultaat ontstaat van €450.000.

Resultaat door reservemutaties € 12.065.751

  • De hogere onttrekkingen van € 804.841 worden veroorzaakt doordat er op basis van de project- en reservedoorlichting vrijval van middelen heeft plaatsgevonden vanuit de reserves nutvw bij de jaarrekening ten gunste van de algemene middelen. Dit betreft vrijval egalisatie huishoudelijk hulp (€ 178.000), vrijval project HR 21 (€ 350.000) en vrijval afronding project Beter Benutten (€ 275.000).
  • Er is € 12.870.592 meer toegevoegd aan de reserves omdat het voordelig MPV resultaat van € 12,8 miljoen, evenals voorgaande jaren, rechtstreeks in de algemene concernreserve wordt gestort, wat op dit doel zorgt voor een nadelig resultaat. Daarnaast is een bedrag van € 51.000 toegevoegd aan de reserve nutvw-bestuur en organisatie omdat niet alle kosten voor het onderzoek fonds bovenwijks in 2020 zijn gemaakt en de uitvoering door loopt in 2021.

Op dit doel 10.1.1 wordt dus in feite een voordelig resultaat gerealiseerd van € 5.8 miljoen. De storting van het voordelig resultaat van de MPV van € 12,8 miljoen in de reserve, die via dit doel loopt, zorgt voor een uiteindelijk nadelig resultaat van € 7,0 mln.

Deze pagina is gebouwd op 05/31/2021 10:57:43 met de export van 05/31/2021 10:07:43